Maandelijkse blog voor Koning Film, augustus 2020.
Kun je een film ‘licht-apocalyptisch’ noemen? Ik weet dat het raar klinkt. Apocalyps is de totale vernietiging van de wereld, daar is niets lichts aan. En toch vind ik Stray Dogs (2013) van de Maleisisch-Taiwanese regisseur Tsai Ming-liang, precies dat: licht apocalyptisch. Want de indruk die Stray Dogs bij mij achterliet is dat er iets heel erg mis is met de wereld. De wereld is onherstelbaar kapot. In de film wordt weliswaar niets dergelijks met zoveel woorden gezegd – er is geen duiding, geen verklaring; het verhaal wordt slechts beeldend en impliciet verteld. Het is eerder zo dat dit besef je inhaalt nadat je de film hebt gezien. De beginscène toont een jonge vrouw die haar haar kamt terwijl twee kinderen in een bed achter haar slapen. De shots zijn heel lang en statisch, een soort tableaux-vivants, theatraal. Dat is op zich niet zo verwonderlijk, aangezien Tsai een geschiedenis heeft in experimenteel theater, voordat hij films begon te maken. Die theatrale erfenis is, voor wie dit weet, in al zijn films terug te vinden. Maar Stray Dogs is een stuk abstracter en metafysischer – zoals Tarkovski’s films metafysisch zijn – dan de meeste anderen.
Scharrelen
In een traag tempo volgen de scènes elkaar op. We zien een man op een kruising in Taipei werken als een levend reclamebord. Het regent, het waait. Het is rotwerk. We zien hem later met die twee kinderen door de stad dwalen, een afhaalmaaltijd eten in een vervallen ruimte, naar het krot gaan waar zij slapen. Er wordt weinig gesproken. Het regent. Dit zou een portret van de zelfkant van de maatschappij kunnen zijn, zoals Tsai’s I don’t Want to Sleep Alone – ontroerend menselijk, en toch zonder sentiment in beeld gebracht. Maar hier is meer aan de hand, deze film reikt dieper. Ik had niet het gevoel dat ik naar sociale problematiek keek maar naar een wereld die volstrekt onleefbaar is geworden. Misschien komt het door de regen die nooit lijkt op te houden, of door die verlaten gebouwen die gaandeweg steeds omineuzer worden, maar de wereld is ziek. Erger nog: de wereld is al doodgegaan, en deze mensen scharrelen door de overblijfselen. De beelden worden steeds indringender en steeds surrealistischer. Juist omdat er geen duidelijke boodschap wordt verkondigd, omdat het drama van deze film je besluipt, komt het heel hard binnen.
Onleefbaar
Hoe kun je leven in een wereld die onleefbaar is geworden?
(…)
Klik hier om de hele artikel te lezen op de website van Koning Film.